Document

Facility & Workplace Experience Marktonderzoek 2020

Profielfoto van FMN Redactie
1 april 2020 | 2 minuten lezen

Facility & Workplace Experience 2020

Het laatst gepubliceerde onderzoek (1 april jl.) is ‘Facility & Workplace Experience 2020’. Uit deze publicatie blijkt dat facility management en leveranciers nog te weinig inspelen op de ‘workplace experience’: de behoeften en drijfveren van werknemers. Het onderzoek belicht naast de workplace experience, de marktomvang van de sector facility & workplace die in 2019 is gegroeid naar een astronomisch bedrag van 75,8 miljard euro. Twee derde daarvan is uitbesteed aan gespecialiseerde leveranciers.

Beperkt inzicht in beleving

Het is opvallend dat ondanks de groeiende omzet en de toenemende professionalisering van deze markt, het inzicht in de drijfveren, waarden en behoeften van werknemers op de werkvloer nog vrij beperkt is. Er zijn enquêtes genoeg, maar aan werknemers wordt zelden persoonlijk iets gevraagd. Wat verwachten de eindgebruikers eigenlijk van hun werkomgeving? Wat maakt een werkgever aantrekkelijk en welke rol kan de werkomgeving hierin spelen? Het onderzoek Facility & Workplace Experience 2020 licht een tipje van de sluier.

Hoge verwachtingen

In het onderzoek zijn interviews gedaan met 238 medewerkers van zes Nederlandse organisaties van verschillende omvang in publieke en private sectoren. Er zijn enkele overeenkomstige drijfveren, waarden en behoeften, maar ook opvallende verschillen tussen organisaties en individuen. Wie als werkgever aantrekkelijk wil zijn, moet zich steeds beter verdiepen in de beleving van haar werknemers, want zij koesteren steeds hogere verwachtingen. Organisaties doen er goed aan om in te spelen op algemene factoren die voor iedereen van belang zijn, maar ook om inzicht te krijgen in onderwerpen die specifiek zijn voor de eigen organisatie. Facilitair managers en leveranciers van facilitaire diensten kunnen hier toegevoegde waarde creëren.

Verbinding, autonomie en zingeving

Uit het onderzoek komt een aantal generieke drijfveren naar voren, waaronder de verbinding met elkaar (contact met collega’s en samenwerking), het hebben van autonomie (impact kunnen maken, zeggenschap over de manier van werken) en zingeving (leveren van een positieve bijdrage aan de maatschappij of voor klanten).

Doelmatigheid op één

Opvallend is dat doelmatigheid het vaakst is genoemd als belangrijke waarde van de werkomgeving. De werkomgeving moet het werk goed ondersteunen, de werknemer moet er geen ‘last’ van hebben. Tegelijkertijd blijkt dat mensen plezier halen uit contact met collega’s. Dat leidt tot dilemma’s, want mensen komen op kantoor om samen te werken, maar klagen op andere momenten over een gebrek aan rust en privacy. Een andere veelgenoemde klacht is dat er te weinig werk- en overlegplekken zijn. Dit geldt vooral in een open werkomgeving. De uitdaging voor de FM-branche is om deze factoren met elkaar in balans te brengen.

Generieke en specifieke factoren

Naast generieke drijfveren en waarden die voor alle organisaties van belang zijn, is inzicht nodig in behoeften die specifiek zijn voor een bepaalde organisatie en doelgroep. Meer specifieke drijfveren zijn bijvoorbeeld de (goede) naam van de organisatie en de aanwezigheid van culturele diversiteit. Het kan ook gaan om familiegevoel of gastvrijheid. Entertainment is eveneens soms van toegevoegde waarde. Slechts door alle generieke en specifieke factoren nauwkeurig in beeld te brengen, is het mogelijk gericht te investeren in passende huisvesting en faciliteiten. Het is opvallend dat leveranciers van facilitaire diensten daar tot nu toe gemakkelijk aan voorbijgaan ook al is de omvang van de markt nog nooit zo groot geweest als nu.

1 document toegevoegd