Print columnartikel
Column
Een blikje normaal
Deze vakantieperiode, wellicht zonder vakantie, is bij uitstek een kans om na te denken over ‘het nieuwe normaal’.
Hans G.J. Topée
1 december 2020 | 3 minuten lezen
De vakanties zijn begonnen, alle regio’s zijn bezig met hun uittocht – of is het intocht? Na een periode van een aantal maanden waarin we in een ‘bubbel’ hebben geleefd, 17.500.000 virologen opstonden en vele artikelen en commerciële gedachten van aanbieders en vastgoedadviseurs voorbijkwamen, is deze vakantieperiode, wellicht zonder vakantie, bij uitstek een kans om na te denken over ‘het nieuwe normaal’. Een kreet waar veel mensen iets van vinden… Prima, maar ik denk oprecht dat er geen oud-normaal meer gaat komen, al was het maar omdat leven nu eenmaal evolueren is.
Gedrag, angst, polarisatie, opsluiting, vervreemding, opstand, afkeer, geweld, verdriet, verlies, vermoeidheid en alle overige zaken die we de afgelopen maanden zijn tegengekomen in ons leven zijn weer van invloed op ons gedrag van nu. Mensen werken geforceerd thuis, beginnen zich te storen aan de regels, springen uit de ban – wat weer reacties veroorzaakt, de medewerkers in de zorg zijn doodmoe en moeten nu weer veel inzet leveren voor het herstel van de ‘reguliere’ zorg. En tegelijkertijd stijgt wereldwijd het aantal besmettingen, ook in Europa en ook in Nederland. We lijken andere zaken die een half jaar geleden nog actueel waren, wat te vergeten (Klimaatakkoord, duurzaamheid, langetermijndenken, samen, eenvoud en respect). Nu is de kans om deze zaken extra te omarmen en ons bewust en nederig op te stellen.
Van kantoor naar ‘clubhuis’
Mensen zijn nu in enige mate gewend aan thuiswerken en de gedachte is dat mensen gemiddeld 50% van hun werktijd thuis kunnen blijven werken. Tegelijkertijd ontdekken we dat technologie niet alles is en dat echt contact, zien en aanvoelen alleen kan tijdens fysieke ontmoetingen. Het is belangrijk om na te gaan wie welke behoefte heeft en waarom. Het ‘waar?’ is dan een volgende discussie. Om de hoek, in de wijk, overal kan het. De verdere opkomst van de flexkantoren? Vast, alleen zijn al die flexkantoren helaas niet passend bij het DNA van ondernemingen. Het zijn op z’n best goed ingerichte algemene kantoren, maar geen echt ‘eigen’ clubhuizen.
De medewerker is een individu in een grotere groep die het bedrijf vormt. Daarom willen we het ook wel een ‘familie’ noemen en richten we ‘clubhuizen’ en ‘woonkamers’ in passend bij het DNA van die unieke organisatie. En dat zal meer moeten gaan gebeuren op die kleinere hoeveelheid m2. Je kunt er geen global-werkomgevingslat langs leggen, of een rijkswerkpleknormering; daar red je het straks niet meer mee.
Naast het voor 50% thuiswerken zal door het loslaten van de 9-tot-5-mentaliteit, het overstappen naar 24/7 en het gebruiken van de ruimte van de buren (kijk over de grenzen van de gebouwen heen) een groot overschot aan kantoorruimte ontstaan (35-50%). Een mooie kans om die etages of panden om te bouwen tot woningen. Zo is er gelijk een mooie nieuwe rol voor eigenaren/coöperaties en verkleinen we de krapte op de woningmarkt. Tenslotte is 35% van 50.000.000 m2 kantoren altijd nog goed voor zo’n 116.000 woningen.
Eindgebruiker als eigen werkomgevingsdeskundige
We moeten niet denken dat we dit alles kunnen aanpakken met regels, organiseren, groot doen en daarmee klein zijn. Alsof mensen zelf niet meer na kunnen denken. Laat los, laat de angst varen en laat die eindgebruiker zelf nadenken (en daag hem daartoe uit). Stop met de ‘uitgelijnde 1,5-meter-supermarktkantoren’ vol plakkers en regels en reken op de verantwoordelijkheid van je collega’s (en daar mag je hen op aanspreken). Zo is de eindgebruiker zijn eigen werkomgevingsdeskundige (die hij thuis blijkbaar ook prima kan zijn in die 50% van zijn werktijd).
Daarnaast is het tijd om eens na te denken over een overstap van Angelsaksisch denken naar meer Rijnlands denken. Een model waarin lokaal, de lange termijn en duurzaam denken de basis vormen en waarin er tijd is voor een blik naar andere markten en culturen waar we vervolgens weer van kunnen leren.
Geen herontwerp maar nieuw ontwerp
Pak de kans in rust, met een gezonde dosis eigenheid, volwaardigheid, vrijdenken, duurzaamheid, creativiteit, oude begrippen en loslaten. Niet terug naar normaal, geen herontwerp, maar nieuw ontwerp. “De mens wil wel veranderen, maar niet veranderd worden.” Een belangrijk statement waar alle veranderaars en leiders rekening mee zullen moeten houden. De vakantie is een mooie periode om daar eens bij stil te staan.
Het worden de roerige jaren 20…. Ik gun ieder bedrijf een ‘blikje normaal’!
Meer: luister nu en de komende maanden naar de FMN-podcastserie over ‘het nieuwe normaal’.